top of page

Uitgebreide belastingtips 2025 voor ondernemers in de inkomstenbelasting

Foto van schrijver: Matijs NijlandMatijs Nijland

Door: mr Matijs A. Nijland LLM

 


Lees mijn tips aandachtig en doe er je voordeel mee!
Lees mijn tips aandachtig en doe er je voordeel mee!


1.    Houd de uren die je besteed aan je onderneming goed bij


Voor een aantal fiscale aftrekposten, die je in het bijzonder krijgt wanneer je wordt aangemerkt als ondernemer in de inkomstenbelasting, dien je te voldoen aan het urencriterium.


Voorwaarden urencriterium:

Je voldoet aan het urencriterium in 2025, wanneer je aan de volgende twee voorwaarden voldoet:


  1. Je besteedt in het kalenderjaar 2025 minimaal 1.225 uren aan je onderneming(en). Onderbrak je het werken als ondernemer door zwangerschap? Dan tellen de niet-gewerkte uren over in totaal 16 weken toch mee als gewerkte uren.

  2. Je moet meer tijd besteden aan je onderneming(en) dan aan andere werkzaamheden, bijvoorbeeld in loondienst.


Was je in 1 van de 5 voorafgaande jaren geen ondernemer voor de inkomstenbelasting? Dan hoef je niet te voldoen aan de 2e voorwaarde, alleen aan de 1e voorwaarde.


Verlaagd-urencriterium bij arbeidsongeschiktheid

Voor het krijgen van  de startersaftrek als ondernemer bij arbeidsongeschiktheid is het verlaagd-urencriterium van toepassing. Besteedt je als ondernemer minimaal 800 uur aan je onderneming(en)? Dan voldoe je aan het verlaagd-urencriterium. Onderbrak je het werken als ondernemer door jouw zwangerschap? Dan tellen de niet-gewerkte uren over in totaal 16 weken toch mee als gewerkte uren.


Startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid


Deze krijg je als je voldoet aan de volgende voorwaarden:


  • Je hebt aan het begin van het kalenderjaar de AOW-leeftijd nog niet bereikt.

  • Je bent ondernemer voor de inkomstenbelasting.

  • Je was in 1 of meer van de 5 voorafgaande jaren geen ondernemer.

  • Je kan een arbeidsongeschiktheidsuitkering krijgen (zie Arbeidsongeschiktheidsuitkering).

  • Je voldoet niet aan het urencriterium, maar wel aan het verlaagd-urencriterium.

  • Er was in het kalenderjaar of in 1 van de 5 voorafgaande jaren geen sprake van een zogenoemde geruisloze terugkeer uit een bv.


Je krijgt geen startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid over de winst die je behaalde als medegerechtigde.


De startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid is:


  • € 12.000 als je in de 5 voorafgaande jaren geen gebruik maakte van deze aftrek

  • € 8.000 als je 1 keer in de 5 voorafgaande jaren gebruikmaakte van deze aftrek

  • € 4.000 als je 2 keer in de 5 voorafgaande jaren gebruikmaakte van deze aftrek


De startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid is maximaal de behaalde winst.

 

Arbeidsongeschiktheidsuitkering

Een arbeidsongeschiktheidsuitkering is een:


  • uitkering volgens de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA)

  • uitkering volgens de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)

  • uitkering volgens de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (Waz)

  • uitkering volgens de Wet arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong)

  • uitkering volgens een buitenlandse wettelijke regeling die overeenkomt met 1 van de regelingen hiervoor

  • uitkering bij arbeidsongeschiktheid volgens een aangewezen regeling

  • periodieke uitkering of verstrekking van een verzekering bij invaliditeit of een ongeval


Welke uren tellen mee voor het urencriterium?

Alle uren die je besteedt aan je onderneming tellen mee voor het urencriterium. Dit zijn dus niet alleen de uren die je in rekening brengt aan klanten. Tijd die je bijvoorbeeld besteedt aan het maken van offertes, het bijhouden van je administratie of het maken van je zakelijke website tellen mee voor het urencriterium.


Je moet de hoeveelheid tijd die je aan je onderneming(en) besteedt wel aannemelijk kunnen maken. Je kan dat bijvoorbeeld doen aan de hand van je agenda, offertes, urenbriefjes en facturen.


Soms ben je wel beschikbaar voor je onderneming, maar verricht je geen werkzaamheden. Die uren tellen niet mee voor het urencriterium.  

 

Samenwerkingsverbanden

Maak je als ondernemer deel uit van een samenwerkingsverband (maatschap of vennootschap onder firma) met huisgenoten of met bloed- of aanverwanten in de rechte lijn of hun huisgenoten (de zogeheten verbonden personen)? Dan tellen je gewerkte uren niet mee voor het urencriterium in de volgende situaties:

  • Je doet voor 70% of meer ondersteunende werkzaamheden en het samenwerkingsverband is ongebruikelijk. Dat is het geval als niet-verbonden personen zo'n samenwerkingsverband normaal gesproken niet zouden aangaan, bijvoorbeeld een vennootschap onder firma tussen een tandarts en een tandartsassistent.

  • De verbonden personen genieten winst als ondernemer, maar jij zelf niet.


Houd je uren al vanaf januari goed bij

Als je je uren niet goed bijhoudt, kun je aftrekposten mislopen zoals de zelfstandigenaftrek, de aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk en de meewerkaftrek. 

Ben je geen startende ondernemer meer en doe je naast je onderneming ander werk, bijvoorbeeld omdat je in loondienst werkt? Dan moet je ook aantonen dat je meer dan de helft van je beschikbare tijd hebt besteed aan je onderneming. 


Start je later in het jaar een onderneming? Ook dan moet je toch minimaal 1.225 uur aan je onderneming hebben besteed. 


2.    Houd rekening met de versnelde afbouw van de zelfstandigenaftrek


Wanneer je voldoet aan het urencriterium in 2025, kun je als zelfstandig ondernemer in de inkomstenbelasting gebruikmaken van de zelfstandigenaftrek. Je mag dan een vast bedrag van je winst aftrekken.  


Let op: de zelfstandigenaftrek gaat de komende jaren fors omlaag. De verlaging van deze aftrek ziet er naar verwachting als volgt uit. 

2024

€ 3.750

2025

€ 2.470 

2026

€ 1200

2027

€ 900

 

Tot slot is de zelfstandigenaftrek maximaal aftrekbaar tegen het tarief in de tweede schijf van box 1 in de inkomstenbelasting. In 2025 is dat 37,48%.


3.    Benut eerder niet gerealiseerde zelfstandigenaftrek


De zelfstandigenaftrek is nooit hoger dan de fiscale winst. Maak je in een kalenderjaar weinig winst of heb je verlies, dan kun je de zelfstandigenaftrek mogelijk niet (volledig) gebruiken.  Heb je in 2024 de zelfstandigenaftrek (€ 3.750) niet volledig gebruikt? Dan kun je in 2025 het bedrag aan gemiste zelfstandigenaftrek alsnog aftrekken van fiscale winst uit onderneming. Dat kan de komende 9 jaren.  


Let op: ook in het jaar waarin je de aftrek wilt verrekenen moet je aan het urencriterium voldoen.


4. Vergeet de startersaftrek niet


De startersaftrek is een verhoging van de zelfstandigenaftrek. Je krijgt de startersaftrek maximaal 3 keer in de eerste 5 jaar dat je ondernemer bent voor de inkomstenbelasting. Een voorwaarde is dat je recht hebt op de zelfstandigenaftrek. Als je recht hebt op de startersaftrek, mag je in 2025 een bedrag van € 2.123 optellen bij de zelfstandigenaftrek. 


5. Maak gebruik van de mkb-winstvrijstelling


In 2025 heb je als ondernemer in de inkomstenbelasting recht op de mkb-winstvrijstelling. Deze vrijstelling verlaagt je fiscale winst, waardoor je minder belasting betaalt. De Belastingdienst past deze vrijstelling automatisch toe bij je aangifte inkomstenbelasting. Je hoeft voor deze aftrekpost niet te voldoen aan het urencriterium. In 2025 is de mkb-winstvrijstelling 12,7% van de winst, na aftrek van de ondernemersaftrek. Het belastingvoordeel wordt berekend met een tarief van 37,48%. 


6. Benut de investeringsaftrek maximaal


De kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) is een aftrekpost op je fiscale winst. Je hebt recht op de KIA als je in 2025 meer dan € 2.900 en maximaal € 392.230 investeert in bedrijfsmiddelen, die daarvoor in aanmerking komen.  

De KIA is in 2025 maximaal € 19.769. De aftrek vermindert als je meer investeert dan € 130.744. Overweeg je investeringen uit te stellen naar 2026 als je boven dat bedrag komt en daarmee in 2025 en 2026 per saldo een hogere KIA krijgt. Blijf je dit jaar met de investeringen onder de drempel van € 2.900? Dan doe je er verstandig aan de geplande investeringen voor 2026 in 2025 te doen. Zeker als je met de investeringen in 2026 onder de drempel zou blijven. 


De KIA wordt per onderneming berekend. Heb je meerdere ondernemingen? Dan kun je voor alle ondernemingen apart de KIA toepassen.


Geen recht op investeringsaftrek

Voor sommige investeringen heb je geen recht op investeringsaftrek. Het gaat dan om:

  • Investeringen in bepaalde bedrijfsmiddelen, zoals woonhuizen, grond, dieren, vaartuigen voor representatieve doeleinden, effecten, vorderingen, goodwill en publiekrechtelijke vergunningen. Op sommige investeringen in woonhuizen kan je wel milieu-investeringsaftrek krijgen.

  • Personenauto’s die niet bestemd zijn voor beroepsvervoer. Op sommige auto’s, zoals waterstofauto’s, kan je wel milieu-investeringsaftrek krijgen.

  • Bedrijfsmiddelen die voor ten minste 70% zijn bestemd voor verhuur (alleen uitgesloten voor de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek) of voor gebruik in het buitenland.

  • Bedrijfsmiddelen die je overbrengt van uw privévermogen naar het vermogen van je onderneming.

  • Investeringen waarvoor je verplichtingen aangaat tegenover personen die behoren tot je huishouden, bloed- en aanverwanten in de rechte lijn of personen die behoren tot hun huishouden. Als je bijvoorbeeld een bedrijfsmiddel koopt van uw vader heb je in principe geen recht op investeringsaftrek. Je kunt wel vragen om ontheffing van deze uitsluiting.

  • Transacties tussen gerechtigden van een nalatenschap. Bij deze transacties is ontheffing mogelijk.

  • Het kopen van een bedrijfsmiddel van de bv waarvan je aandeelhouder bent. Je kunt wel vragen om ontheffing van de uitsluiting van de investeringsaftrek.


Minimum investeringsbedrag

Bedrijfsmiddelen met een investeringsbedrag van minder dan € 450 komen niet in aanmerking voor de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek.


Voor de milieu-investeringsaftrek en de energie-investeringsaftrek is het  minimale investeringsbedrag € 2.500 per bedrijfsmiddel.


Kan je de btw op de aanschaf terugkrijgen, dan neem je voor de investeringsaftrek het aanschafbedrag exclusief btw. Heb je geen recht op btw-aftrek, bijvoorbeeld omdat je alleen vrijgestelde prestaties verricht? Dan ga je uit van het investeringsbedrag inclusief btw.


7. Duurzaam beleggen: MIA en EIA in 2025


Bij een investering in nieuwe bedrijfsmiddelen die als milieu-investeringen gelden, kun je de milieu-investeringsaftrek (MIA) aanvragen. In 2025 is deze aftrek 27%, 36% en 45%, afhankelijk van de categorie investeringen. Dit geldt bij een investering van meer dan € 2.500. Ook kan een investering in bepaalde energiezuinige bedrijfsmiddelen recht geven op de energie-investeringsaftrek (EIA). Deze is 40% bij een investering van meer dan € 2.500.


Let op: de MIA en de EIA kunnen voor dezelfde investering niet samenlopen.


8. Pas op met desinvesteren


Heb je in 2021 of in de jaren daarna de investeringsaftrek gebruikt voor een bedrijfsmiddel, zoals een machine of gereedschap? Let dan op met het afstoten van dat bedrijfsmiddel in 2025. Dit kan namelijk leiden tot een desinvesteringsbijtelling en daarmee een verhoging van je fiscale winst in 2025. 


De desinvesteringsbijtelling is een bijtelling bij de winst van de onderneming als je een bedrijfsmiddel verkoopt waarvoor je eerder investeringsaftrek kreeg. Dit geldt als de waarde van die verkochte bedrijfsmiddelen gezamenlijk hoger is dan € 2.900. Het gaat dan om een verkoop binnen 5 jaar waarbij je het kalenderjaar van aankoop meetelt. De desinvesteringsbijtelling geldt ook als je het bedrijfsmiddel weggeeft, verhuurt, of naar je privévermogen verplaatst.


9. Vorm een herinvesteringsreserve


Verkoop je in 2025 een bedrijfsmiddel? Dan kun je de winst opnemen in een herinvesteringsreserve (HIR). Hiermee stel je de belastingheffing over die winst uit.

Eén van de voorwaarden is dat je op de balansdatum kunt aantonen dat je van plan bent om opnieuw te investeren. Het is daarom verstandig op tijd maatregelen te nemen om je herinvesteringsvoornemen te bewijzen. Denk aan het opvragen van offertes.


10. Herinvesteer op tijd


De herinvesteringstermijn is maximaal 3 jaar na het jaar van verkoop van het bedrijfsmiddel. Je moet dan wel de reserve in mindering brengen op de aanschafkosten. Dit verlaagt de afschrijvingsbasis van het nieuwe bedrijfsmiddel. Het is dus belastinguitstel, geen afstel.


De termijn voor de herinvesteringsreserve die in 2022 is gevormd, loopt dus af op 31 december 2025. Om te voorkomen dat de reserve vrijvalt in de winst, moet je in 2025 een verplichting tot herinvestering zijn aangegaan. Als je dat niet doet, betaal je alsnog belasting over de boekwinst op het bedrijfsmiddel.


De toepassing van de herinvesteringsreserve bij staking van een gedeelte van een onderneming (gedeeltelijke staking) als gevolg van overheidsingrijpen is in 2024 ruimer geworden. Hierdoor wordt het makkelijker om gebruik te maken van de herinvesteringsreserve. In 2025 kan herinvestering zowel in een nieuwe onderneming als in een (andere) bestaande onderneming van de betreffende ondernemer.


11. Innoveren in ook 2025 fiscaal voordelig


Je krijgt als ondernemer aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk als je voldoet aan het urencriterium. Ook heb je een Speur- en ontwikkelingswerkverklaring van RVO.nl nodig en moet je zelf minimaal 500 uren aan erkend speur- en ontwikkelingswerk besteden. De aftrek is     € 15.738. Voor starters geldt een extra aftrek van € 7.875.


12. Bekijk of je willekeurig kunt afschrijven


Als je in 2025 investeert in milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen, kun je met de VAMIL-regeling tot 75% willekeurig afschrijven. Door sneller af te schrijven, verlaag je je fiscale winst en betaal je minder belasting.

Als je voldoet aan de voorwaarden van de startersaftrek, mag je onder voorwaarden zelf bepalen hoe en wanneer je bedrijfsmiddelen afschrijft. Dit geldt voor bedrijfsmiddelen die je kocht in de jaren dat je recht had op startersaftrek of in het jaar ervoor, het aanloopjaar.


13. Benut je verrekenbaar verlies


Check of je je verliezen uit het verleden dit jaar nog kunt verrekenen. Dit kan met winst van de laatste 3 jaar en de komende 9 jaar. Dreigt je verlies uit het verleden verloren te gaan? Onderzoek of je je winst in 2025 kunt verhogen door uitgaven uit te stellen of door omzetten eerder te halen.


14. Werk met hulp van de fiscus aan inkomen voor later 


Als ondernemer moet je zelf zorgen voor je pensioen. Dit kan via een lijfrente. Een lijfrente is vergelijkbaar met een pensioenregeling voor werknemers. Met belastingvoordeel kun je sneller sparen voor later.


Sinds 2023 kun je meer aftrekken dan de jaren daarvoor. De storting op een lijfrente spaar- of beleggingsrekening kun je van je inkomen aftrekken. Je betaalt tot 49,5% minder belasting over het geld dat je stort. Laat je het opgebouwde vermogen uitkeren? Dan betaal je belasting, maar mogelijk tegen een lager tarief. Tijdens de looptijd betaal je over het rendement geen belasting. Om in 2025 deze aftrekpost te gebruiken, moet je in 2025 de storting doen. Let op dat je inkomen hoog genoeg is om optimaal belastingvoordeel te krijgen.


Afschaffing fiscale oudedagsreserve (FOR)

De fiscale oudedagsreserve (FOR) is vanaf 2024 niet meer verder op te bouwen. Heb je al een FOR opgebouwd? Geen zorgen: je bestaande oudedagsreserve blijft staan en kan nog steeds worden omgezet in een pensioen product. Voor nieuwe pensioenopbouw in 2025 is het verstandig om naar alternatieve mogelijkheden te kijken, zoals lijfrente-oplossingen of andere vormen van pensioenbeleggen.

 

15. Vraag op tijd een nieuwe voorlopige aanslag aan


Is je winst over 2024 hoger dan verwacht? Dien dan voor 1 mei 2025 je aanvraag inkomstenbelasting in. Of vraag voor 1 mei 2025 een nieuwe voorlopige aanslag aan. Zo voorkom je dat je belastingrente van 6,5% moet betalen.


16. Minder belastingvoordeel voor elektrische auto’s


Overweeg je als ondernemer een elektrische auto aan te schaffen? In 2025 verandert het bijtellingspercentage voor elektrische auto’s opnieuw. Het lage bijtellingspercentage van 16% geldt nu tot een cataloguswaarde van €25.000 (dit was €30.000 in 2024). Voor het bedrag daarboven geldt het reguliere tarief van 22%. Dit betekent dat elektrische auto’s mogelijk duurder uitvallen in de bijtelling.


17. Aangifte- en betalingstermijnen


Het nieuwe jaar betekent ook nieuwe deadlines. Zorg dat je deze termijnen in je agenda hebt staan:

·        Inkomstenbelasting over 2024: aangifte uiterlijk 1 mei 2025 (uitstel mogelijk).

·        Omzetbelasting (btw): per kwartaal aangifte doen; eerste deadline is 30 april 2025.

·        Vennootschapsbelasting: aangifte uiterlijk 1 juni 2025 (uitstel mogelijk).


Een goede planning helpt je om boetes en onnodige stress te voorkomen!

 

18. Bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) aangepast


Met de vernieuwde Bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) wordt het belastingbedrag bij bedrijfsopvolging verlaagd. Waar voorheen geen schenk- of erfbelasting betaald hoefde te worden bij een bedrijfswaarde tot €1,2 miljoen, is deze grens verhoogd naar €1,5 miljoen. Heeft het bedrijf een hogere waarde? Dan geldt een vrijstelling van 75 procent, in plaats van de eerdere 83 procent.


Om in aanmerking te komen voor de BOR moet je voldoen aan de voortzettingseis. Vanaf 2025 hoef je het bedrijf niet meer 5 jaar, maar slechts 3 jaar voort te zetten. Bovendien geldt er een nieuwe minimumleeftijd van 21 jaar om gebruik te kunnen maken van de regeling; deze leeftijdsgrens bestond eerder niet. Sta je aan de kant van de schenker en geef je het bedrijf over aan je zoon of dochter? Dankzij de doorschuifregeling (DSR) betaal je geen inkomstenbelasting over de gerealiseerde winst. Deze belasting wordt doorgeschoven naar de nieuwe eigenaar, in dit geval je kind. Daarnaast is de eis vervallen dat de nieuwe eigenaar minimaal 3 jaar in dienst moest zijn geweest van het bedrijf om van de regeling te profiteren.

 

19. BPM-vrijstelling bestelauto’s vervalt


Vanaf 2025 betalen ondernemers bpm voor nieuwe bestelauto’s met CO2-uitstoot. Elektrische bestelauto’s blijven nog wel vrijgesteld. Ook het BPM-tarief voor plug-in hybrides gaat op de schop. In 2025 wordt dit bedrag gebaseerd op de CO2-uitstoot, net als bij andere voertuigen.

 

20. Benut de kostenegalisatiereserve

 

Wanneer je een piek in de kosten verwacht in de toekomst, kan je een kostenegalisatiereserve opbouwen. De bedragen die je doteert aan dit reserve zijn aftrekbaar van de fiscale winst.


De kostenegalisatiereserve is bedoeld voor de kosten die eens in de zoveel jaar moeten worden gemaakt voor periodiek onderhoud van de bedrijfsmiddelen, zoals voor het onderhoud van je bedrijfspand. Dit zijn vaak hoge kosten. Je kan deze reserve ook aanleggen voor toekomstige uitgaven, zoals een milieuverontreiniging. Je mag geen egalisatiereserve vormen voor jaarlijks terugkerende uitgaven of voor de aanschaf van bedrijfsmiddelen.

 

21. Vorm voorzieningen

 

Een onderneming mag diverse voorzieningen opnemen voor zaken die nog niet betaald zijn, maar in de toekomst (wellicht) moeten worden betaald. De basis hiervoor is gelegen in goed koopmansgebruik (artikel 3.25 Wet Inkomstenbelasting).

We kennen 2 categorieën:


1.    kostenegalisatiereserve (verdelen van kosten en lasten, ex artikel 3.53 Wet Inkomstenbelasting);

2.    voorziening voor incidentele kosten.

 

Eisen voorziening 

Voorzieningen moeten aan drie voorwaarden voldoen:


1.    Oorsprongseis: kosten vinden hun oorsprong in periode en bedrijfsvoering voor balansdatum.

2.    Toerekeningseis: kosten kunnen aan die periode worden toegerekend.

3.    Zekerheidseis: redelijke mate van zekerheid dat de kosten zich zullen voordoen.

Voor een kostenegalisatiereserve geldt bovendien het volgende:

1.    kosten leiden tot een piek in de uitgaven;

2.    kosten moeten (relatief) omvangrijk zijn. 

 

22. Conclusie

 

Er zijn veel mogelijkheden in de inkomstenbelasting voor ondernemers om belasting te besparen. Deze uitgebreide tips zijn met de uiterste zorg samengesteld. Echter, je kan er geen rechten aan ontlenen. Mocht je nog vragen hebben, of iets nader willen bespreken, dan kan je uiteraard contact opnemen met nijlandtax.



 

30 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


Over

Nijlandtax is is een fullservice boekhoud en belastingdiensten kantoor en assisteert ook met juridische vragen en consulting. Neem contact op en laat u aangenaam verassen door onze oplossingen.

  • Loonbelasting

  • Accijnzen

  • Overdrachtsbelasting 

  • Sociale zekerheid

  • Douane

  • Overeenkomsten

  • Inkomstenbelasting

  • Vennootschapsbelasting

  • VAT

  • Boekhouding

  • Juridisch

  • Consulting

Contact

Adres: Carel Reinierszkade 233,

2593 HR Den Haag

Tel:  06212-95460

Nijlandtax - KvK: 80196810.

Privacy Statement.

Copyright 2024, alle rechten voorbehouden nijlandtax.com
bottom of page